Ik leerde Madrugada kennen via het nummer Hands Up - I Love You, luisterde naar nog wat meer nummers en besloot dat die het wel waard waren om de plaat te kopen. Deze Noorse groep heeft een erg apart geluid, vooral door de opvallende stem van de zanger. Op The Nightly Disease wordt aan deze stem alle ruimte geboden door de open productie en de spaarzame instrumentatie. Er zijn geen keyboards, geen snaarinstrumenten of andere tierelantijntjes, enkel een pedal steel hier en daar. Het album heeft een oprecht gevoel, het klinkt tegelijkertijd warm en somber, recht in je gezicht. Soms klinkt het iets te depressief en deprimerend, en ontbreekt er verscheidenheid, en kan het mijn aandacht niet vasthouden. Maar er staan genoeg hoogtepunten op om het beluisteren waard te zijn, zoals het trage Into Heartbeats met een mooie steelgitaar, de sensuele single Hands Up - I Love You, het ruwe Black Mambo met een fantastische baslijn, Step Into This Room and Dance for Me met z'n sobere intro, het luide We Are Go met z'n vervormde gitaren, en het traagjes openbloeiende Only When You're Gone met z'n prachtige gitaarwerk. En ik moet nog vermelden dat het artwork van deze CD erg mooi is.
Ik maakte eerst kennis met het nummer Wake Up, en was verkocht. Een traag en betoverend nummer met een prachtige opbouw, en een duidelijk jaren 70 en Led Zep gevoel. Layne Staley's stem is vreemd maar mooi, en zijn rare accent draagt nog bij tot de schoonheid ervan. De volledige plaat is een traag groeiend juweeltje, heel sfeervol en soms bluesy, met uitmuntend gitaarspel van Pearl Jam-gitarist Mike McCready. Mooiste nummer voor mij op deze plaat is Long Gone Day, gezongen door Mark Lanegan, en met een prachtige saxofoon. Andere favorieten zijn River of Deceit, Lifeless Dead en November Hotel.
AEen verzameling B-kantjes, live opgenomen in het Moore Theatre, Seattle, 29-04-95. Ik heb er pas naar geluisterd toen de album-versies van deze nummers volledig tot me doorgedrongen waren, en ik was aangenaam verrast door de kwaliteit. Vooral All Alone, dat overgaat in November Hotel is verbazingwekkend, met McCready's losgeslagen gitaar en de wilde saxofoon. Een leuke bonus is de cover van Lennon's I Don't Want to Be a Soldier, dat op het Lennon-tribuut Working Class Hero terug te vinden is.
Jammer genoeg heb ik nooit echt van de Manic Street Preachers albums behouden. Vond hun singles altijd schitterend (zoals A Design for Life op deze plaat, of het eerdere Motorcycle Emptiness), maar een volledige CD is gewoon te, euh, manisch voor mij. James Dean Bradfield heeft een geweldige stem, de Manics schrijven prachtige melodieën en voeren ze op indrukwekkende wijze uit, maar het is simpelweg niet aan mij besteed.
Zelfde verhaal als bij Everything must go... wat ik het mooist vind aan deze plaat zijn de singles, maar de plaat als geheel werkt niet voor mij. Even terzijde, ik vind titels als This Is My Truth Tell Me Yours en If You Tolerate This Your Children Will Be Next briljantt. En de cover art van deze plaat is heel mooi. Nu de muziek nog.
Een maxi-single gekocht nadat ik dit nummer wekenlang had lopen zingen. Niet echt indrukwekkend, extended versions zijn door de band en ook in dit geval tijdverspilling, en Lady Nina kan niet tippen aan Kayleigh.
Mijn mond viel open toen ik de eerste maal naar deze plaat luisterde, en dat verbluffende nummer Teardrop herkende. En meer was er niet nodig om verliefd te worden op deze Mezzanine. Het viertal dat deze plaat opent, is verbazingwekkend: Angel wordt gezongen door Horace Andy, en de opbouw van beats, samples en effecten explodeert in een climax met losgeslagen gitaren. Risingson is mogelijk wel de beste track op de plaat, ondoordringbaar en donker, met een Velvet Underground sample. Teardrop is een verkillend en etherisch nummer gezongen door Liz Fraser, Inertia Creeps een rapnummer gevuld met fuzzy gitaren en Oosterse geluiden. Exchange komt tweemaal voor, eenmaal als insturmental, en als laatste nummer gezongen door Horace Andy. Dissolved Girl heeft meer prachtig gitaarwerk, maar leunt een beetje te zwaar op effecten. In Man Next Door zit een The 'drip drip drip drip' Cure sample. De titeltrack en Group Four zijn een hecht duo met 3d en Liz Fraser die tegen elkaar aanschurken. De plaat eindigt met het geluid van krakend vinyl...
Single met leuk blikkerend oranje hoesje en de Manic Street Preachers versie van Inertia Creeps. Niet slecht, maar het raadselachtige, de sfeer, de Oosterse geluiden en het ritme van de originele versie zijn compleet verloren gegaan. De Manics klinken opeens als schooljongetjes, wanneer ze in het nummer achter 3d's stem opduiken.
Een verzameling Massive Attack singles, van het vroege Unfinished Sympathy (met een naam die toen, gezien de uitbarsting van vijandigheid in het Midden-Oosten, ingekort werd tot Massive) tot de 5 singles die van Mezzanine getrokken werden. Deze compilatie toont duidelijk aan dat Massive Attack een enorme evolutie doorgemaakt heeft, hun vroege materiaal doet in weinig denken aan de tracks van Mezzanine. Unfinished Sympathy was een hit, gedeeltelijk door de videoclip, en heeft een mooi stukje op piano en mooi viool-arrangement. Karmacoma geeft al een klein beetje aan welke richting de groep met Mezzanine zal inslaan.
Ik hoorde voor het eerst over deze groep via het internet voor de CD hier uitgebracht was, hoorde daarna tot mijn verbazing de single Hello Timebomb op Studio Brussel en besloot de plaat te kopen. Een goeie CD van een groep, en vooral een zanger, met een boodschap, maar die boodschap staat niet in de weg van de muziek. Het is wel duidelijk dat de muziek en muzikanten nog een beetje moeten 'rijpen', soms is het allemaal een beetje te veel en vooral de stem heeft, na het beluisteren van de volledige CD, de neiging op je zenuwen te gaan werken. Uitblinkers zijn de hiervoor vermelde single Hello Timebomb met z'n enthousiasme en fantastische titel, de heel meezingbare rocker Load Me Up en het aangrijpende Jenni's Song.
Melancholische plaat van een tragische Australische muzikant. David McComb richtte the Triffids op, en na hun opheffing probeerde hij een solo-carrière uit te bouwen. Love of Will werd uitgebracht in 1993, maar kreeg nooit meer dan een klein beetje airplay hier en daar. Het album is van dezelfde kwaliteit als de Triffids-platen: tijdloze, ontroerende melodieën met McComb's herkenbare stem. Behalve de single Setting You Free, is ook I Want to Concquer You een onbetwistbaar hoogtepunt. Het nummer Day of My Ascension laat je achter met een bittere nasmaak, gezien de dood van McComb in 1999. Hij had al langer een slechte gezondheid, en onderging in 1995 een harttransplantatie. Hij stierf op 2 februari 1999, een paar dagen na een licht auto-ongeluk.
Men At Work is één van die typische 'Biggest Hits' or 'Best Of' bands: hun hits zijn erg aangenaam om horen maar zetten me niet bepaald aan tot het kopen van hun CD's. Dus is deze Best of een goed compromis, met al hun hits (Down Under, Who Can It Be Now, Overkill...) en een paar van hun beste album-tracks. Belandt echter niet vaak in de CD-speler.
Erg sterke debuut-plaat van vroegere Humo-journalist Frank Vander linden en Michel De Coster. Vander linden bewijst (nogmaals, hij is niet de eerste en zal niet de laatste zijn) dat in het Nederlands ook gerockt kan worden. Dit is mijn huis, Irene en Jeroen Brouwers schrijft een boek zijn sterke singles die scherpe teksten, Vander linden's rollende R, opwindend gitaarspel en een gevoel van melancholie combineren.
Mijn waardering voor Mercury Rev groeide traagjes, en dat is helemaal het tegenovergestelde van wat deze plaat doet: die valt met de deur in huis met het meesterwerk The Dark Is Rising, een song als een vloedgolf met af- en aanrollende vlagen toetsen en strijkers, en verstilde momenten met Jonathan Donahue's vreemde stem. Dat was ook het meest briljante moment tijdens hun concert op Werchter 2002, een concert dat op voorhand zoveel valkuilen leek te hebben: Donahue's dunne stem, het spelen midden op de dag bij klaar daglicht... Maar het draaide zo goed uit, Donahue's stem was veel krachtiger dan verwacht, en de muziek kon tegen het daglicht. Ze brachten nog twee extra toetsenisten mee, en The Dark Is Rising kreeg een gespierde uitvoering met nog meer contrasten. Nadien zag ik dit nog op TV, en zelfs mijn kinderen hadden er plezier aan, vooral Jonathan Donahue's theatrale gebaren vielen in hun smaak. Maar terug naar All Is Dream, The Dark Is Rising zet de toon voor de rest van de plaat, trippy en dromerig inderdaad zoals de titel suggereert, atmosferisch en zweverig. Soms balancerend op dat gevaarlijke randje (te veel, te bombastisch, te barok), maar toch altijd aan de juiste kant van dat randje. All Is Dream biedt nogal wat variatie (zoals bijvoorbeeld ook het nummer Lincoln's Eyes dat doet: verstild begin, dan halverwege exploderend, en verstild einde), maar een constante is dat het altijd warm, natuurlijk en organisch klinkt. Gaande van lichtvoetige liedjes (A Drop in Time) tot zoet-zure popsongs (Nite and Fog), van pianosongs (Spiders and Flies) over harder rockend werk (Chains) tot meticuleus opgebouwde epische nummers (Hercules, Tides of the Moon), All Is Dream biedt het allemaal, en er staat niet één minder nummer op het album.
Toen ik All Is Dream kocht, zat er een enhanced bonus disc bij, met live materiaal en de video's van Nite and Fog en The Dark Is Rising, maar ook een deel van de Lola da Musica documentaire van de Nederlandse VPRO. Ik had die documentaire al gezien op TV, ze opgenomen, en een bepaald deel ervan opnieuw en opnieuw bekeken, omdat het zo grappig en vertederend was... tot mijn grote verrassing en plezier stond net dat bepaalde deel van die documentaire op deze bonus disc.
Vergeet Metallica maar, hier zijn the Minutemen. Met een dubbel live-album zo ongeveer door de fans zelf samengesteld. In de eerste persingen van het vorige album 3-Way Tie for the Last zaten stembiljetten ('ballots') waarop de fans konden kiezen welke live nummers ze wilden zien verschijnen op de verwachte drie-LP set met 3 helften studiomateriaal en 3 helften live-opnames. De dood van D. Boone voorkwam dat deze plaat het licht zag, maar George Hurley en Mike Watt verzamelden evengoed de door de fans opgestuurde stembiljetten en stelden deze plaat ('result') samen met studio outtakes, repetitie-tapes, radio-uitzendingen en publieksopnames. De audiokwaliteit is niet altijd even goed, maar vele nummers op deze plaat bewijzen dat the Minutemen één van de beste *en* meest onderschatte bands van de jaren 80 was, en een grote invloed had op groepen als de Chili Peppers, om eens een illuster voorbeeld te noemen.
A CD Video that came with Dutch rock magazine Oor, long before I had the equipment to play this. Not my favourite band, not my favourite music, even though Wasteland is a good song.
Een voortreffelijke, coherente, consistente en bovenal heel warm klinkende plaat, het laatste door Mark Sandman's warme stem en Dana Colley's superbe baritonsax. Deze groep heeft een zeer ongewoon geluid, zeker als je het door hen gefrequenteerde alt-rock milieu beschouwt: geen gitaren; enkel zang, 2string slide bass, baritonsax en drums. Het resultaat is een erg herkenbaar, warm geluid. Het is moeilijk om hoogtepunten op te noemen, maar ik vermeld hier toch Super Sex (de single die mijn aandacht trok op deze groep), het zachte en lieve Whisper, Radar, het nogal grappige Sharks (don't let your fingers dangle in the water!) en die andere single Honey White. (kanttekening: ik vergat het adjectief 'sexy' in deze review te zetten...)
Een verzamelaar enkel uitgebracht in het Verenigd Koninkrijk met nummers uit de debuutplaat The Mutton Birds en Salty, met bijkomende productie door Neil Finn. Deze compilatie laat reeds zien wat the Mutton Birds in zich hebben, en bevat een paar van hun klassieke songs: het superbe Dominion Road, In My Room met sterke Byrds-echo's, de titeltrack en Anchor Me. Perfecte popsongs in navolging van The Beatles, Big Star, R.E.M. en Crowded House, om maar een paar voorbeelden te noemen.
Ik vond deze CD, samen met Nature, in een tweedehands platenwinkel in Londen. En hoewel hij Rain, Steam & Speed niet kan overtreffen, liggen ze qua appreciatie dicht bij elkaar. Vanaf opener Straight to Your Head tot de laatste donderslagen die het album afsluiten na de titeltrack, is deze plaat gevuld met prachtige, melancholische popsongs met poëtiscche teksten, soms lichtjes rammelende gitaren, sterke hooks en perfecte melodieën. Hoewel er niet één slecht nummer op deze plaat staat, zijn mijn favorieten de perfecte opener Straight to Your Head met het prachtige refreintje, Ten Feet Tall met z'n vlammende zang en luide gitaren, de perfecte pop van Come Around, en mijn absolute Mutton Birds favouriet Envy of Angels... rinkelende gitaren, mooie steelgitaar en cello, zacht maar snel ritme, het voor de Mutton Birds zo typische eufonium, en verbluffend mooie tekst en zang. Dit nummer zorgt over het algemeen voor volledige knock-out.
Waar anders kon ik voor het eerst over The Mutton Birds gehoord hebben dan op 'the Tongue', de mailing list voor All Things Finn? En wat een ontdekking!! Deze vijfde van The Mutton Birds was het eerste dat ik ooit van hen hoorde, en ik werd niet teleurgesteld. De plaat slingert heen en weer tussen absolute melancholie en bedrieglijk zorgeloze deuntjes als Pulled Along by Love, Green Lantern en Winning Numbers (On a Belgian Airways plane/Here comes an add for credit cards/Just what language are these happy children singing?/I'm supposed to feel like joining in). Het eufonium is erg prominent op de zwaarmoedige ballad The Falls, Jackie's Song is een mooi akoestisch, verhalend nummer. Net als Envy of Angels eindigt dit album heel sterk met Ray, nog een perfecte popsong met een verbluffend mooi brugje. Kippenvel.
Terug naar homepage; Ga naar algemene muziekpagina; Ga naar L; Ga naar N