Woensdag 29 september
We willen vroeg opstaan, maar blijven toch weer wat langer liggen. In de voormiddag gaan we wandelen in de Marais Salants de la Vie (de “Vie” is een rivier, voor alle duidelijkheid). We rijden vlot heen, en zien een mooie zonsopgang. Eerst deze onbenullige foto, maar zo zie je de bergjes die we op en af moeten met de fiets als we hier vertrekken.
Maar het is toch mooi onderweg.
We dumpen de camper vlakbij in een industriezone, en vertrekken naar de Marais. Ingang 1: gesloten. Ik denk dat we er bij de volgende wel in kunnen, maar ook daar: gesloten. Enkel geleide bezoeken, vanaf 10u. Een geleid bezoek, daar hebben we geen zin in. Meneertje Mertens ziet wat verder een weg naar rechts, en denkt dat we daar wel in kunnen. En dat is goed gedacht.
Een gravelweg, de Marais Salants in.
En wat is het hier mooi. De zon schijnt tussen het wolkendek door, de wolken weerspiegelen in het water. We stappen, genieten en maken foto’s.
In de verte de kerk van Saint-Hilaire-de-Riez.
Na een half uurtje keren we terug, met nog een ommetje naar één van de vele huisjes. Dat ter plaatse toch iets minder mooi blijkt dan van ver. Maar van ver zijn ze echt fotogeniek. Foto’s volgen later.
We rijden eerst naar Camping la Plage in Saint-Hilaire-de-Riez, waar Herman zijn tablet vergeten is. Oeps. Gelukkig zijn wij nog ter plekke, werd de tablet gevonden, en ligt hij klaar bij de receptie. Ik kan mijn zin niet afmaken of krijg ‘m al in mijn handen gestopt. Ik denk dat iedereen tevreden is met deze regeling.
Daarna rijden we eens Île de Noirmoutier op, we vinden het altijd genieten om de brug over te rijden (met de wagen nog meer dan met de fiets nu, ha). We rijden naar la Plage de la Croix Rouge in Barbâtre, en gaan eens tot op het strand. Het weer is mooi, maar er staat een ijzige wind. Ik ben seriously underdressed.
Meneertje Mertens heeft er wel aan gedacht een jas aan te trekken, maar vindt het nog steeds niet warm.
Prachtige kust, oh zo anders dan bij ons.
In het terugkeren stoppen we bij een plek waar we water kunnen tanken, en Meneertje Mertens spoelt er ook eens de camper af.
We rijden terug naar de camperplaats, waar we een boterhammetje eten (geen soep, boehoe, de soep is op) en ons klaarmaken om te vertrekken voor nog een fietstochtje. Wat korter, 36km, naar de Passage du Gois, maar deze keer de kant van het vasteland, in Beauvoir-sur-Mer.
Eerste tussenstop is de Pêcherie en bordure de l’étier en Taillée (vrij vertaald: visserskotjes aan de oever van de rivier Taillée), waar het erg mooi is.
Maar daarna gaat het snel bergaf met het ritje. Volgt een stuk op een grote weg waar snel gereden wordt. 10 kilometer doorjassen om er zo snel mogelijk vanaf te zijn. Waarna we op iets rustiger wegen komen, tot aan de Passage du Gois.
We kijken er even rond, en beslissen over een “piste cyclable” naar huis te rijden. Een gravelpad. Zal wel lukken. Wat beschermd tegen de wind en lekker in het zonnetje.
Hier zien we over de dijk de zee nog eens.
Het pad wordt slechter en slechter, en wij ploeteren door. Tot het pad… stopt. Gedaan. Schluss damit. We kunnen het hele eind terugploeteren, en dan tóch nog over die kakbaan naar huis fietsen. Zucht. Onderweg val ik niet, maar doe ik me nog eens lelijk pijn, ik kan wel bleiten. En dat doe ik dan ook, uitbundig.
Nog één foto maakte ik, van de woestenij waar we door ploeterden, en toen was het gedaan met foto’s.
Eerst volgt nog een mooi stuk over rustige wegen, maar daarna gaat het dus weer 10 kilometer op de grote baan. Ik rij voorop en rij zo hard ik kan, met meewind gaat het snel (als ik bang ben, kan ik echt wel snel fietsen, ha!) Jammer genoeg is er op het eind ook nog een stuk tegenwind.
Compleet afgepeigerd en met vuile fietsen komen we terug aan de camperplaats. De ironie van het hele verhaal? We vinden de Passage du Gois aan de kant van het eiland veel mooier. Meh!
Even bekomen, daarna gaat Meneertje Mertens de fietsen afspoelen en opruimen, en maak ik soep (yes!) en ons avondeten. Waarna we een rustige avond houden en niet al te laat gaan slapen, want morgen gaan we vroeg op pad.
Donderdag 30 september
De wekker staat om 5u, vandaag willen we voor ons vertrek richting België nog foto’s gaan maken aan de Passage du Gois, op het eiland, jawel. Koffie maken en drinken, alles opruimen, en wijle weg. Ver is het niet, een 8-tal kilometer. De brug over in het donker, en naar de Passage. Daar is het ook héél donker. Laag water was om 5u52, tot anderhalf uur later kan er nog over gereden worden (zocht ik op). Maar dat doen wij uiteraard niet. Daar zijn we veel te broekschijterig voor. Of gezegend met het nodige verantwoordelijkheidsgevoel, dat kan ook, noem het zoals u wil.
We rijden zo ver mogelijk en planten de camper op de parkeerstrook naast de weg. Al snel rijdt er een autootje door richting passage, keert terug, knippert met zijn grootlichten naar ons, en parkeert zich achter ons. Allez, wat is dat nu. Niets, blijkt uiteindelijk, na allerlei conspiracy theories van Meneertje Mertens. Na een tijd stapt iemand uit, met zuurstofflessen op zijn rug volgens Meneertje Mertens, gaat die duiken misschien? Maar nee. Het is iemand die net als wij het idee had foto’s te maken van de zonsopgang, en hij stapt met zijn statief en ander gerief naar de Passage. Hehe.
Ik maak mijn ontbijt klaar, we ontwikkelen allerlei theorieën over de mogelijkheid tot onderzeeërs ter plekke (alles kan, volgens Meneertje Mertens), ik verorber mijn ontbijt, raap mijn gerief samen, en we vertrekken naar de passage. Niet ver hoor, 100m of zo. Er staan nog fotografen beneden, wij gaan op een hellinkje naast het kruis staan.
En maken foto’s en foto’s en foto’s van een prachtige zonsopgang.
Zo koud is het.
Helemaal versteven van de kou (maar echt, letterlijk, stijf van de kou, ik maak uiteindelijk geen foto’s met filters omdat ik de boel niet meer gemonteerd ga krijgen zonder alles uit mijn handen te laten vallen) duiken we terug de camper in, waar het lekker warm is en de koffie wacht. Nadat we wat opgewarmd zijn, vertrekken we voor ons eerste deel van de rit richting België. Na nog een laatste blik op de passage.
Als bestemming heb ik een beetje van een folieke, Saint-Saturnin, vlakbij Le Mans in de Sarthe. We stoppen bij de Super U in Saint-Pazanne om te tanken, stoppen bij een bakker in Bouaye voor brood en koeken en even verder om een koek op te smikkelen (onder een hele discussie hoe je Bouaye in godsnaam uitspreekt), rijden Nantes door langs het water, waar de GPS ons in de steek laat (geen signaal), we verder rijden met de hulp van mijn telefoon, waar ik vergeet snelwegen en tolwegen uit te vinken en we dus een stuk autosnelweg doen. Maar waardoor we wellicht een stuk vervelende voorsteden van Nantes geskipt hebben (ieder nadeel bla bla bla).
Daarna wordt de weg een stuk rustiger en kunnen we goed doorrijden. We stoppen op een Aire in Thorigné om nog iets te eten, en rijden dan door tot Saint-Saturnin. We hebben lang grote wegen gehad waar je 90 mocht rijden, opeens gaat het via echt kleine wegen. Maar het is wél mooi!
We rijden over een supersmal brugje.
Het weerbericht geeft aan dat we van de laatste mooie dag genieten (wel met koude wind, maar we klagen niet), de eerste schaapjes geven dit wellicht al aan.
Rond 14u komen we aan in Saint-Saturnin, waar wegenwerken even roet in het eten gooien. Maar we vinden de camperplaats uiteindelijk toch, lozen en tanken, en zoeken een plekje.
Het is nog steeds behoorlijk mooi weer maar met een koude wind, buiten zetten we niet veel op want veel gaan we er toch niet zitten. Luifel uitschuiven, WiFi antenne installeren, en dat is het.
We gaan een wandelingetje maken in de buurt, rond een vijver die ik gezien heb op Google Maps.
Een libelle laat zich gewillig fotograferen, maar de ondergrond is niet goed om de vleugels te zien.
We moeten door een spoorwegtunnel voorzien van een ingenieus systeem voor voetgangers (een bedelknop, haha). Aangenaam dat aan hen ook eens gedacht wordt en dat je hier niet door moet stappen met risico van lijf en leden.
Daarna doen we het op het gemak, Meneertje Mertens kijkt een aflevering Casa de Papel, ik hou me bezig met verslag, blogbericht en foto’s. De camperplaats is een veredelde parking, maar toch vrij aangenaam. En rustig. Op gezette tijden passeert er een TGV, maar treinen vind ik altijd minder erg dan constant verkeer. Naast ons is een muziekschool, zijn er sportterreinen en een skatepark, maar het is en blijft rustig. Er komen jongeren skaten, maar dat gaat zonder overmatige lawaaioverlast.
We eten een eenvoudige avondmaaltijd (met soep!), tijdens de opruim en afwas die Meneertje Mertens doet, bespreken we onze planning voor de komende twee dagen. Ik was niet echt zeker of ik goed gepland had, we bekijken nog de verschillende opties, veranderen een kleinigheid, maar blijven grotendeels bij hoe het gepland was. Komt allemaal goed. Ik werk verslag en blogbericht af, en we gaan niet al te laat slapen. Morgen gaan we weer vroeg opstaan en veel rijden.
Wat een mooie blauwe luchten!
Reizen staat nu zo ver van mij af, maar jouw logjes brengen het weer wat dichterbij. Heerlijk. Je doet me dromen.
Fenomenaal je waterfoto van meneer Mertens. En complimenten voor je fietstochten allemaal. Ben blij dat jullie beter weer hebben dan de vorige tour met de camper.
We hebben zo genoten van dat mooie weer…
Het is hier ondertussen ook knap fris maar daar heb ik natuurlijk een stuk minder last van.
Het belet je in ieder geval niet om prachtige foto’s te maken. Maar een lekkere kop soep gaat er dan zeker wel in. Hoop dat je knie ondertussen weer helemaal heel is.
Het litteken zal wel een tijdje blijven.
(en dat ik al vallend mijn identiteitskaart en bankkaart kwijtraakte, dat sleept ook nog even aan)
Mooi en uitgebreid verslag, interessant om jullie belevingen hier te mogen lezen.
Groetjes,
Rudi