Hoe gaat het met dat fietsen? Awel. Heel goed, vind ik.
Begin november schafte ik me een koersfiets aan, een heel schoon en goed beestje. Ik wist toen dat ik er niet meteen heel veel mee ging fietsen, want ik ben geen fan van het fietsen in de kou. Maar het was een goed moment om een fiets te kopen, en ook om er later in de winter wat aanpassingen aan te doen (wegens 1. einde seizoen en 2. niet druk in de winter).
Er kwamen toch nog wat redelijke tochtjes, maar eigenlijk overdeed ik het toen echt. 45km in Zeeland? Zot. Niet zo’n goed idee. Het was wel mooi. Maar ik vond de laatste 10 kilometer verschrikkelijk.
Daarna zette het winterweer echt in, en ging de fiets aan de haak. Dat laatste mag je redelijk letterlijk nemen, we monteerden (met hulp van Milan) haken in de muren in de gang, zodat onze koersfietsen omhoog kunnen hangen. Want we hebben last van plaatsgebrek, met 5 fietsen. Dat is nu opgelost.
Toen de lente aan de einder begon te gloren, liet ik een bikefitting doen door Bikesolutions. Heel content van, een groot deel van mijn problemen op de fiets zijn nu opgelost. Ik fiets heel comfortabel.
In februari startte ik een eenvoudig fietsschema op om op te bouwen naar 50 kilometer. 2 à 3x per week fietsen, en beginnen met heel korte afstanden. Dat ging lekker. In maart lag dat tijdens 2 onstuimige, winderige weken weer stil. Het waaide te hard om te fietsen. Na die weken startte ik opnieuw op met een herneming van de laatste week van het schema die ik deed. De korte ritten begonnen me wat te frustreren, en ik liet er een week van tussen, het ging te traag en het werd te eentonig, steeds ritjes hier in de buurt verzinnen. Want ik ben niet zo’n fietser die 10 keer dezelfde route doet om te trainen. Ik wil wel eens iets anders zien. En langs de oude Scheldearm, hoe mooi het landschap ook is: ik ben het daar onmenselijk beu, en ook de wind daar hangt mijn botten uit, dus ik vermijd fietsen langs daar.
Deze week zit ik aan week 8 van het schema (dat uit 10 weken bestaat). Deze week 40 km, volgende week 45 km, en de week nadien is het doel van 50 km bereikt. En zo kan ik eindelijk wat langere ritjes doen. Mijn actieradius wordt steeds groter. Van Destelbergen en Heusden naar Laarne, en gisteren Wachtebeke.
Er staat ook al meteen een nieuw schema klaar: opbouwen naar 100 km. Waarvan ik wellicht de eerste 4 weken ga overslaan. Dus normaal zou ik tegen dat we met vakantie gaan, 100 km moeten kunnen fietsen. In Frankrijk ga ik enkel fietsen als de omstandigheden zich daartoe lenen (zijnde: niet te heet, en niet teveel heuvels/bergen). Het is sowieso geen fietsvakantie. En ondertussen bedenk ik dan wel wat een nieuw fietsdoel kan zijn. Suggesties zijn welkom. (niet te zot hè)
(ik pikte als uitsmijter een foto van Herman omdat ik die zo zalig vind)
Volgende week leg ik uit hoe ik mijn fietstochtjes plan en in elkaar steek.
Kom eens naar de Vlaamse Ardennen fietsen 😊
Zoiets zou inderdaad een volgende doel kunnen zijn. Laat ik maar beginnen met richting Oosterzele en zo te fietsen, en zo beetje per beetje wat glooiingen te bedwingen. Volgend jaar, ha 🙂
Ja inderdaad, aan de Vlaamse Ardennen moest ik ook denken. Eens je die 50km vlotjes kan, kan je vanuit Gent langs de Schelde tot in Oudenaarde, daar één klimmetje (vb. de Koppenberg ligt echt niet ver van de Schelde) doen en weer terug. Niet teveel bergop, maar toch iets 😉
Of de Schelde in de andere richting volgen? Ter hoogte van Wichelen heb je daar een heel mooi meertje (derde foto in dit bericht: https://lepetitrequin.com/week-20162930-in-woord-en-beeld/) en je kan langs de Donk van Berlare terugkeren.
En daarna naar hier komen en een Alpencol op he 😉
De Koppenberg? Really? Ik ben die één keer te voet op geweest en heb toen gezegd, en zeg nog steeds, dat ik die nooit met de fiets op geraak, haha. Maar ’t is inderdaad heel juist, langs het water naar Oudenaarde en daar een bergske doen en dan terug.
De Schelde volgen, da’s weer andere koek. Weet je waarom de subline van mijn blog “leven en liefde aan de Schelde” is? Niet om de Antwerpenaren in verwarring te brengen, maar omdat wij dus op 200 meter van die Schelde wonen. Ik heb daar al heel veel gefietst, en hoe mooi het ook mag wezen: ik ben het beu en ik mijd het. Omdat de wind daar ook zo’n vrij spel heeft. 2 jaar geleden zijn we nog eens in de hitte naar Wetteren gefietst en toen heb ik (ja, ik heb een patent op zo’n uitspraken) gezegd: nooit vanzeleven meer. Ik zal eens een andere weg zoeken naar dat mooi stukje, het is daar echt wel fantastisch mooi. En ik weet ook dat het echt heel mooi is langs de Schelde, maar ik denk dat ik echt een detox nodig heb, na 28 jaar langs daar rijden.
Alpencols. Alpencols! ALPENCOLS!! *loopt gillend weg*
Eerst nog wat kilo’s afvallen, denk ik. Hehe 🙂
Haha, misschien is de Koppenberg ook wat overdreven als eerste “bergske” ginder 😉 Maar er zijn er echt wel een pak die best wel doenbaar zijn hoor; de Oude Kwaremont bijvoorbeeld heeft één kort steil knikske, maar is voor de rest niet zo moeilijk (al is het natuurlijk wel dokkeren over kasseien, dus makkelijk is het natuurlijk ook niet 🙂 ).
Ik dacht dat je met de Oude Scheldearm een ander stukje bedoelde, vandaar het voorstel. Maar ’t is inderdaad niet altijd evident met de wind (al maak je het ook niet makkelijk he: niet teveel bergop én niet teveel wind 😉 ). Je komt natuurlijk ook vanuit de “foute” richting om naar Uitbergen te rijden, in die zin dat je 9/10 wind mee hebt in het opgaan en wind tegen in het terugkeren; ’t is natuurlijk toffer als het omgekeerd is. Misschien vind je via de heatmap van strava wel toffe binnenwegjes in die (of een andere) richting, zodat je inderdaad niet langs de Schelde zelf moet rijden?
Er zullen daar wel bergjes zijn die ik in het begin kan proberen, Leslie van MimaMaakt zal me als “local” wel kunnen helpen 🙂
Weinig wind, weinig bergop, en weinig kasseien is nog een extra, hahaha. Nu ja, die wind, daar heb je weinig aan te zeggen hè. Maar ik probeer toch wel te letten op windrichting als ik een ritje plan. En inderdaad, zoals je zegt (je kent het daar wel goed blijkbaar!), 9 kansen op 10 heb je aan de Schelde (ik denk eigenlijk dat het de Zeeschelde is) in het doorgaan wind mee en in het terugkeren wind tegen, en dat is het hatelijke eraan.
Dat van die heatmap op Strava is nog een goeie tip, danjewel, daar had ik nog niet aan gedacht!
’t Is soms wat opletten met die heatmap, omdat steenwegen vaak ook “populair” zijn, doordat veel mensen ook hun woon-werkverkeer ingeven. Maar als je het wat vergelijkt met een gewone kaart om te zien of het grote of kleinere banen zijn, dan vind ik het wel heel praktisch om tochten uit te stippelen 🙂
Ik moet zeggen, ik steek er hier en daar ook wel eens een stuk steenweg tussen, omdat je daar vaak lekker kan doorvlassen zonder altijd te moeten vertragen. Het is altijd checken en dubbelchecken, ook bij Komoot bijvoorbeeld, sommige stukken grindweg hier in de buurt kent die niet, en dan probeert die mij altijd langs daar te sturen. Soms heb je dan wel eens prijs 🙂
Door Deurle- Sint-Martens-Latem naar kasteel van Ooidonk fietsen en de rest van de Leiestreek enz? (‘k weet wel niet direct een toffe suggestie om tot in Deurle te raken eerst).
Het is daar wel supermooi, en toch wel een goeie suggestie. Nu ik toch regelmatig verder fiets, ga ik toch eens kijken hoe ik daar op een treffelijke manier kan geraken.