Ik keer een eind terug in de tijd. Toen ik een jaar of 18 was kreeg ik een omafiets (nadat ik er toch wel enigszins om gezaagd had). Zo’n echte, met een laag frame en een torpedo ofte terugtraprem. Zalig ding. Bolde heerlijk zacht. Geen versnellingen, maar dat maakte me niet uit. Zoiets (klik).
Toen Janna en Milan klein waren, reed ik met een kind achterop op die omafiets. Na een tijd (Janna een jaar of 4, Milan 2) reed Janna op haar kleine fietsje op het voetpad naar school, en zat Milan achterop bij mij in een stoeltje. Naargelang hij zwaarder ging wegen, had ik het gevoel dat het frame van die fiets niet meer stabiel was, en vertrouwde ik het zaakje niet meer.
De omafiets ging de deur uit (heb ik nog altijd een beetje hartepijn van) en er werd een nieuwe, gewone stadsfiets gekocht bij Joma Sport. Niet van het goedkoopste, maar zeker niet superduur. Een maat groter dan standaard. Za-li-ge fiets. Veel mee gefietst. Tot op een dag, nog niet zó zot lang geleden, ik, kieken zijnde, vergat mijn fiets op slot te doen. Voor onze eigen deur. Tja. Het duurt hier niet lang voor zo’n fiets weg is dan natuurlijk. Man, wat ben ik daar kwaad om geweest. Op mezelf vooral (onnozele kalle), en op de dief (blijf met uw fikken van een ander zijn gerief, kloothommel!).
We kochten een nieuwe fiets van bij Matrabike. Een ietwat sportiever model, maar ik heb er nooit echt lekker op gezeten. Teveel voorover gebogen, ik vond het gewoon niet comfortabel. Pijn in mijn polsen. Tussendoor probeerde ik eens de fiets van mijn ma uit, een Gazelle, en oh boy, dat voelde als thuiskomen. I want! (mijn fiets van bij Matrabike verkopen we binnenkort voor een zacht prijsje. Het is een heel goede fiets, alleen zat ik er zelf niet comfortabel op. Het is niet omdat ik er niet comfortabel op zit, dat een ander er niet comfortabel op zou zitten. Heb je interesse in een tweedehandsfiets van goede kwaliteit, laat maar weten).
Een tijdje later kochten we me bij Fietsen Godefroot een Gazelle. We wilden een lichte stadsfiets, maar we hebben ons domweg laten ringeloren, en ik had een fiets van f*cking 20 kilo. Kijk, die rijdt echt wel lekker, soepel, het is een goede fiets. Maar serieus, ik héb het al lastiger dan vroeger met hellingen (ik sleur wat meer eigen gewicht mee, ahum, en ik kan wel proberen dat te laten zakken maar zoals het vroeger was, wordt het nooit meer, vrees ik), en die fiets van 20 kilo krijg ik echt geen helling opgesleept. Geen brug ook eigenlijk. En hem hier bij ons thuis binnen- en buitenslepen is ook al geen pretje (hoge dorpel). Meneertje Mertens sleurde de fiets ook eens een helling op in de buurt van Annecy en moest toegeven: niet te doen. Echt niet te doen.
Langzaam groeide het idee dat we gingen kijken voor een lichtere fiets voor mij. En gezien Meneertje Mertens zelf ondertussen keihard geniet van fietsen met zijn koersfiets (geobsedeerd is door, zouden sommigen zeggen, en ik kan ze niet echt ongelijk geven), duwde hij toch wel een beetje richting racefiets, zodat we ook weer eens samen zouden kunnen gaan rijden, zoals vroeger. Ik heb er lang weigerachtig tegenover gestaan, maar stilaan rijpte het toch wel in mijn hoofd. Toen dan in de vorm van verjaardagscadeau door een gulle gever bijgelegd werd in de aankoopsom, kozen we echt voor de racefiets.
En dus gingen we op prospectie in verschillende fietsenwinkels. Keken naar een hele hoop fietsen. Lieten ons informeren, inspireren en verlekkeren. Het idee van een recht stuur veranderde toch naar een koersstuur. Klikpedalen laat ik voorlopig nog maar zo. En we vonden een schoon fietske, einde reeks van 2018 en met 20% korting, bij Fietsen Van den Hauwe in Melle. Ik kreeg de fiets meteen mee, maakte een paar testritjes en vond dat ik te hoog zat, keerde terug voor een bikefitting, en zit nu erg lekker op die fiets. En mens, wat gaat dat vooruit zeg, met zo’n koersfiets. En die bruggen! Geen moeite mee! Zalig!
Ik heb al wat eerste probeersels achter de rug: een ochtendritje bij 6 graden dat me erg goed meeviel, bijvoorbeeld.
Een rit van 30 kilometer die eigenlijk een beetje te lang was. Ik heb een schema liggen om op te bouwen, maar laat me verleiden tot “te neig en te veel”, zoals Meneertje Mertens dat zegt. De goesting is er, en ik moet ze een beetje temmen.
En dan nog liet ik me zaterdag gaan met een rit van 47 km (zot!) in Zeeland (zotter!).
De stukken wind mee gingen zalig, maar het beuken tegen de wind was al heel wat minder, het slechte fietspad ook, en de laatste 10 kilometer wist ik echt niet meer hoe ik nog bij de auto zou geraken. Het is gelukt, maar daar is alles zowat mee gezegd. Gelukkig heb ik me redelijk gedragen en ben ik er achteraf nog redelijk trots op ook.
Maar vanaf nu: een simpel schemaatje, en in de maanden december-januari-februari staat het fietsen sowieso altijd op een laag pitje. Te koud, meneer.
Knap van jou! Koersfiets is hier geen optie wegens te lastig voor mijn rug, ik moet rechtop zitten anders hou ik het niet vol maar bij tegenwind kan dat al eens lastig zijn 😉
Ik had daar altijd schrik van, maar voor mijn rug valt het alvast goed mee. Nek ietske minder maar dat komt goed als ik wat meer geleidelijk opbouw in plaats van gelijk een idioot te gaan rondcrossen.
Oh, veel plezier met al de tochten die je nog gaat doen! Op een koersfiets rijden is zoveel toffer dan op een “gewone” fiets (tenzij je gewoon naar de bakker moet natuurlijk 😉 ).
En euh, wees maar vooral boos op die dief i.p.v. vooral op jezelf. ’t Is niet omdat je eens vergeetachtig bent, dat dat plots een vrijgeleide is voor anderen om jouw gerief mee te nemen!
Dankjewel! Het beetje dat ik tot nog toe gefietst heb, vond ik echt wel zalig, dus dat komt goed. Tot maart zal het nog zeer low key zijn, maar vanaf maart wil ik opbouwen!
Het is sowieso erg dat één vergetelheid zo afgestraft wordt. Het zal me niet meer overkomen, toch niet op die manier!