Vanaf het moment dat bekend werd dat de Tour de France op de Mont Ventoux ging passeren, zijn we gestart met plannen en uitkijken naar. Maanden, maanden, maanden. En kijk, zondagochtend vroeg zaten we opeens in onze mobilhome op weg naar het zuiden. (nadat we die vrijdag gingen halen, zaterdag laadden en zaterdagnacht doorbrachten op de oprit van mijn ma en Herman in Wondelgem). De wekker stond om 3u30, en om 4u15 waren we weg. Dag Gent!
Via de N60 vertrokken we richting Frankrijk. Nog een ontbijt op Belgische bodem, nog wat rijden naar wat ons de meest verwaarloosde wegen van België leken (in Henegouwen), en zo de grens over. We hadden een rit gepland via kleinere wegen, niet via autosnelwegen en tolwegen. Zo vorderden we traag maar gestaag, want met dat vliegdekschip dat we huurden, raak je toch niet echt snel vooruit. Maar leuk is het wel: je ziet ongelooflijk veel, en het is echt genieten. Het was allemaal nieuw en we moesten nog veel leren. Dus stopten we in de buurt van Nazareth al om een venstertje dicht te doen. Vertrek je met een mobilhome, dan moet je álles nakijken: venstertjes dicht, schuiven en kasten dicht, alles opgeruimd in de keuken en badkamer, schoenen opgeruimd, niks dat nog rondslingert en kan gaan rollen of rondvliegen. We stopten ook nog om de GPS goed te zetten, en nog eens goed te zetten. Vertelde ik dat we nog geld moesten afhalen en tanken? Het duurde dus even voor we de grens over waren.
Vermits we de routine nog niet goed te pakken hadden, lieten we ons leiden door de GPS en afleiden van onze geplande route. Waardoor we naar mijn goesting veel te dicht bij Parijs aanschurkten, en het een tijdje toch wat drukker werd. Maar daarna, lege wegen. Leeg Frankrijk. We reden naar ons aanvoelen door het hol van pluto van Frankrijk, maar dat was niet zo, want Frankrijk heeft er zo veel, zo van de lege gebieden. Mooi: enkel bos, heuvels of bergen, geen bevolking, geen huizen, zelfs geen weiland of graan. Gewoon: bomen. Zalig.
We reden dus vele vele kilometers over lege wegen. Laat ze elders maar in de file staan, wij zullen wel langs de lege wegen rijden. Vooruit gaat het niet, maar niet in de file staan is al veel. En veel mooie landschappen zien is nog veel meer.
Rond 17u waren we in onze eerste voorziene overnachtplaats: Bourges. Een camping municipal ergens aan de rand van de stad. Redelijk rustig (zelfs met de finale van het voetbal) en propere sanitair, meer hadden we niet nodig. Iets om te eten samengeflanst, en snel in onze nest gekropen. Heerlijk geslapen.
Ondertussen waren we al achter dat de mobilhome toch wel wat gebreken vertoont. We wisten al dat het geen recente was (we betalen er toch ook een béétje minder dan de standaardprijzen voor), maar we gingen er toch van uit dat de dingen in orde gingen zijn. Niet dus. Zonnewering hangt met haken en ogen aan elkaar. Letterlijk dan voor het gordijn om de stuurcabine af te sluiten. Het isolatiedeken om op het raam te zetten was helemaal versleten (waardoor we al sinds de eerste dag overal glittertjes meenemen). Satelliet tv werkt helemaal niet. Badkamer ruikt onfris. Knopje van een kast is kapot. Maar het ergst van al: het pompje van het water in de mobilhome werkt slecht, en geeft na een tijd helemaal de geest. Geen water meer dus voor spoelbak en lavabo, douche en toilet.
Maar we worden inventief. Waarvoor je Bru allemaal kan gebruiken, je gelooft het niet. Zelfs om koffie te maken. Die uiteindelijk nog lekker is ook, ha. Gelukkig hadden we een hele voorraad water mee, zodat we creatief met water konden zijn (niet alleen Bru, godzijdank).
Meneertje Mertens leert ook veel bij over het rijden met een camper. We kunnen ondertussen de zotste verhalen vertellen over achteruit keren op een helling, door smalle straatjes passeren, onder lage bruggen passeren… you name it, we hebben het wel gedaan.
Op maandag konden we pas om 8u vertrekken op de camping, waardoor ons schema al serieus wat vertraging opliep. We vorderden alweer traag maar gestaag, zagen ongelooflijk veel moois (we reden o.a. door de Tarn, need I say more?), en arriveerden rond 20u bij Revel, de aankomstplaats van dinsdag. We reden nog een eindje verder, vonden een goed plaatsje om te staan, hadden alweer niet veel lust om veel te eten in elkaar te steken, en kropen heel vermoeid in ons nest. We stonden langs een grote baan waar al redelijk wat campers stonden, het was er druk en er passeerden veel vrachtwagens. Veel lawaai dus. Vroeg wakker, maar langs de baan is dat niet zo erg als op een camping.
Vanaf 13u werd de weg afgesloten, posteerde ik mij met mijn haakwerkje en Meneertje Mertens met ons fototoestel langs de baan, en keken we voorbijgangers. Ploegwagens, fietsers, gendarmerie, VIP-wagens, enzovoort, enzovoort. De verkenningswagens met een schotelantenne op hun dak. Wat fietsers voor het goede doel, denk ik. Zo stilaan meer en meer actie. De hele publiciteitscaravaan, die aan een hels tempo voorbijdendert.
Waarna het echte tourcircus op gang komt: motoren, auto’s, helikopter. En renners, uiteraard. 7 koplopers waarvan ik er 1 herken door zijn Noorse trui (Boasson Hagen), een eenzame achtervolger, en na een tijd het hele pak, dat op het gemakje achterkomt want ze weten al dat ze de koplopers niet meer kunnen inhalen.
Een nest auto’s en wat achter komende renners, en dan is het weer voorbij. Inpakken en wegwezen, de ene al sneller dan de andere.
Zelf pakken we in en gaan we een rustiger plekje zoeken om de nacht door te brengen. Wat uiteindelijk een parking wordt in een rustig dorpje langs de weg naar Revel. Waar we heel erg ’s morgens vroeg weer uit onze nest kruipen, om naar Caromb aan de voet van de Mont Ventoux te rijden, bij onze lieve BATjes.
De rit gaat supervlot, ook in het donker, langs veel betere wegen dan het eerste deel van onze reis. Kort na de middag zijn we al ter plaatse, waarna we gezellig kunnen tetteren, lekker eten, een zálige douche nemen (neen, met Bru douchen is niet echt een optie), en heerlijk slapen in een echt bed.
En deze namiddag gaan we naar een ingekorte tourrit kijken. Hier beneden is er veel wind maar is het toch nog behoorlijk zalig (ik zit dit bericht buiten op het terras te tikken), maar boven op de berg zijn er helse weersomstandigheden met windkracht 9 en een gevoelstemperatuur onder nul.
Tot een volgend verslag!