Vorig jaar hadden we in de boom achter onze tuin de 2 meest onnozele duiven die je je kon voorstellen. Letterlijk dan.
Ze zaten samen op een tak. De ene duif vloog naar beneden, zocht een takje, vloog weer naar boven, ging naast de andere duif zitten, gaf het takje aan de andere duif. De andere duif nam het aan, keek even rond, en liet het vallen. Dan vloog ene duif weer naar beneden, zocht een takje, vloog weer naar boven, ging naast de andere duif zitten, gaf het takje aan de andere duif. De andere duif nam het aan, keek even rond, en liet het vallen. En zo ging dat hele dagen door. Weken aan een stuk. Niet normaal.
Merels dan, die zijn een stuk flinker. Een tijdje geleden zagen we hier ook steeds maar merels (vooral de madam dan) rondvliegen met hun bek vol takjes en strootjes. Tot we er ineens achter kwam dat ze een nest aan het bouwen waren, in de blauwe regen, in de dot bladeren het dichtst bij onze achterdeur.
Als je goed kijkt op bovenstaande foto, zie je tussen de bladeren een nest. Daar zit nu madam merel heelder dagen. Met haar bek net boven het nest uit, en een blinkend oog gericht op ons.
Ja, ook in de stad is de natuur aanwezig.