Ik was de afgelopen dagen content dat de TV tijdens de werken vaak op zijn plekje kon blijven staan, zodat ik tijdens het schilderen kon luisteren en af en toe ook kijken naar de Tour. Dat Vinokourov zaterdag de tijdrit won, daar kon ik ergens nog inkomen. In die inzinking van zondag al helemaal. Een half uur kwijt. Maar gisteren keek ik met groeiende dégout naar zijn prestaties. En dat daar in de commentaren geen gewag gemaakt werd van enige referentie naar Floyd Landis vorig jaar.
Om dan daarstraks het nieuws te zien, met openvallende mond, maar tegelijk met een gevoel van bevestiging van een vermoeden. Hoe kan, in godsnaam, een coureur tijdens een koers als de TdF zo stom zijn om zich te doperen? Die weet toch dat, als hij door zijn stommiteit de rit wint, hij linea recta naar de dopingcontrole moet? Dat de kans groot is dat er een tussentijdse controle is? Een onverwachte controle? Een random controle?
Kalf. Dat doe je je ploegmaats niet aan, want die worden ook uit de Tour geknikkerd. Wat moet zo’n Klöden denken, die zich nog opofferde om bij His Vinokourovness te blijven. Wat moeten al die fans denken. Wat moeten al die kijkers denken. Wat moeten al die liefhebbers denken. Wat moeten al die sceptici denken. Merde. Ik vind het gewoon walgelijk.
Maar morgen kijk ik wel weer naar de volgende bergrit. Want ik blijf het een mooie sport vinden. Als er een mooie winnaar is.