De schoentjes staan klaar. Nu ja, schoentjes, er staan ook twee maten 41 tussen, en nee, die zijn niet van Nic en mij. Er liggen klontjes, wortels, en er staan 2 flesjes bier (kriek, dat vinden Sint en Piet lekker) met een aftrekker (sorry, ik kom even niet op het goede woord) erbij. Er zijn ook liedjes gezongen. Drie kindjes (meisjes van 13 zingen niet meer voor de sint) die Sinterklaas Kapoentje zongen, en Zie ginds komt de stoomboot, en Sinterklaasje bonne bonne bonne.

En nu slapen ze, hopelijk. Er was er eentje dat zei dat hij altijd wakker werd van de Sint op het dak, maar hier komt de Sint niet op het dak, dat is veel te hoog, en de schouw te smal. We laten de achterdeur open. En de inbrekers dan? Hier komen geen inbrekers, hier wonen geen rijke mensen. Inbrekers gaan alleen naar buurten met grote, sjieke huizen, daar weten ze tenminste zeker dat er iets te pikken valt.

Leuk toch, die oude gewoontes. We hebben er een nieuwe bij ook: meisjes van 13 die zingen niet voor de Sint, maar spelen wel een liedje op hun traverso.

Morgen ietsjes vroeger op, om te bekijken wat de Sint bracht.

Verwante Berichten:

  • Geen verwante berichten

Misschien lees je dit ook graag:

4 reacties

  1. aftrekker = ‘kroontjeswipper’ 8) (dacht ik toch)

    Zou ik ook mijn schoentje zetten ? ’t Is maar maatje 37, ik hoop daar dan ook wat lekkers in te vinden, morgenvroeg…

    Ik weet het nog wel te zeggen…

Zeg het eens?